Meeuwen op 12 2 4
Toen ik vanavond in de auto zat op weg naar huis en ik gewoonte getrouw alle voorkeuzetoetsen afliep, merkte ik dat op de 1224 AM de Veronica-meeuwen te horen zijn. Het kan overdreven klinken, maar ik voelde heel licht kippenvel. Ik ben namelijk van die generatie voor wie het geluid van die meeuwen heel veel betekent. Bijna 25 jaar geleden nam de Nederlandse overheid mij MIJN radiostation af. Daaraan was een aantal jaar van bange onzekerheid vooraf gegaan. Zouden ze het aandurven? Jawel, ze durfden het aan. En dus hoorde ik, samen met miljoenen anderen, die laatste weken van augustus 1974 het aftellen van de uren.
Net 17 was ik, toen het doek viel. Geld voor voldoende cassettes om de hele boel op te nemen had ik nauwelijks en dus bleef het bij wat brokken en stukken presentaties. De platen knipte ik er tussenuit, want daar ging het niet om. Uiteraard werd het daardoor wel onmogelijk programma's nog eens echt te herbeleven. En de kwaliteit van de cassettes (die groene en geel/oranje BASF-jes, weet u nog wel) en mijn goedkope Vendex cassettedeckje was ook niet bepaald je dat, met als gevolg dat er inmiddels van mijn verzamelingetje niets meer over is. En het was al zo weinig. Want van de uitzendingen van de late avond en de nacht kon ik so wie so niets opnemen. Pas later hoorde ik van die fantastische herhalingen.
Veronica. Dat was op een zomerse zaterdagochtend de radio aan hebben terwijl buiten op straat enkele buren hun auto stonden te wassen. Dat was de bestelauto van 1 of ander expeditiebedrijf in de straat, met de deur open en dan horen dat ook die chauffeur luisterde. Dat was op vrijdagavond in de Lexjo muziek waar ik me nog niet mee bezighield, maar waar ik toch al iets in hoorde. Dat was het toch altijd wat melancholische, als de nieuwsuitzendingen van die dag erop zaten en de nieuwslezer over Junk van McCartney heen, gedag zei.
Dat waren de waanzinnige Sangria's op zondag en de Top 100 van het jaar met de Kerst. Transistorradiootje mee naar oma en opa, om daar aan tafel in de achterkamer zachtjes toch te kunnen luisteren. Op z'n minst de Top 10 kon je letterlijk van achter naar voren opzeggen, en vanzelfsprekend wist je wat de nieuwe Alarmschijf was. Het gedrukte exemplaar haalde je tenslotte ook elke week bij je platenhandelaar. De ABTT met al die krankzinnige ogenblikken en die eindeloze Friend Of Mine van Fields, die ik na járen jagen eindelijk te pakken kreeg bij een kraampje op Parkpop, pakweg 10 jaar geleden. Inmiddels is het album op cd, maar toch...
Veronica. Dat was die dwaze Luikinga die tijdens een locatie-opname bij de Scheveningse Pier quasi tot wanhoop werd gedreven toen het publiek doorging met het aantal prijzen te verhogen als de deelnemer aan het spelletje geen muntje zou kiezen. Will bood vijf singletjes. Zes. En toen ging het publiek ermee op de loop en telde men massaal door tot honderd. Het leek op een groot feest met allemaal vrienden.
Dat was 's middags om 5 uur Beginnings van Chicago en zo gauw de stem van Rob Out daar overheen kwam, scheen de zon uit je luidspreker. Burgerlijke, goedmoedige Stan Haag. Tom Collins met dat karakteristieke geluid en die opgewekte babbels. Hans Mondt, die de volmaakte tegenhanger van de Arbeidsvitaminen was. Tineke, vooral 's avonds laat, met Expecting To Fly. De uitzendingen in de wintermaanden, met onophoudelijk het zware gekraak er doorheen. En toch blijven luisteren. De schitterende tune van de Top 40, die inderdaad niets minder wàs dan de Nationale Zaterdagmiddag Gebeurtenis. De radiorebus, waar je wèl wat voor moest doen, maar die je absoluut iedere week kon oplossen.
Hoeveel mensen ik gek heb gemaakt om ze zover te krijgen dat ze de adhesiebetuiging invulden of later zelfs lid werden, weet ik bij benadering niet, maar het moeten er heel wat zijn geweest. En jawel; bij CRM in Rijswijk heb ik ooit 's avonds nog een raam witgeschilderd. Het hielp niet, maar het voelde fijn.
Toen de Norderney op het strand lag, heb ik ontelbare uren op het Scheveningse strand doorgebracht, voor het eerst pratend met jocks en anderen. Zwart wit foto's maken van het schip en op een duintop zitten kletsen met oom Bull, gewoon wat babbelen met Freek Simon, Tom, Rob, Adje, Hans en weet ik al niet wie. Bijna bidden dat die schuit weer los zou komen en volmaakt gelukkig zijn toen er op die 18e april twéé golflengtes in gebruik waren voor Veronica, en niet geen één, waar het even naar uitzag.
Kapot was ik, toen op die zaterdagavond om 6 uur precies het kristal uit de zender werd getrokken. Afgelopen, uit. En toen de Ger Anne later die avond de haven binnenliep, stond ik tussen die duizenden die de jocks, technici en oom Bull opwachtten.
Het werd 15 maanden wachten, voor de meeuwen weer krijsten. En toen was het op de laatste zondagochtend van 1975, 's ochtends om 8 uur. Direct na het eerste nieuwsbulletin op Hilversum 4, de zender waar we o zo erg op zaten te wachten met zijn allen. Vond de overheid, onder druk van een violist. De tranen liepen over mijn gezicht toen die collage van jingles voorbij trok. Míjn Veronica was terug.
En wat had ik een lol toen de C-status werd binnen gesleept. En de B-status. En de A-status. Allemaal in recordtijd. Ondanks dat de drie uurtjes radio per week voor de aspirant omroep heel slim zodanig waren gepland dat Veronica zo weinig mogelijk kans had. Eén uurtje op de klassieke zender, op zondagochtend vroeg. Eén uurtje op de informatieve zender, maandagavond laat. En het ene uurtje op de popzender op vrijdagavond, exact tegenover Toppop. En toch won Veronica.
Was het nu allemaal zo geweldig? Was De Radio zonder Veronica ook gekomen waar ze nu is? Was Love Me Do van The Beatles zo schokkend en fantastisch? Nee. Maar TOEN wel!
Was popmuziek zonder The Beatles ooit geworden wat het nu is? Vast wel. Waarschijnlijk niet 100 % hetzelfde, maar niet echt anders. Er was beslist een andere groep opgestaan die diezelfde positie had veroverd. Maar het wáren The Beatles. En het wàs Veronica. En volgens mij is er niets anders dat zo'n kolossaal stempel op mijn jeugd heeft gedrukt. Waar ik altijd terecht kon. Wat mijn liefde voor het medium radio en mijn liefde voor muziek op zijn minst heeft aangewakkerd.
En dus staat op dit ogenblik mijn oude, reusachtige Philips buizenradio op de 12 2 4 en hoop ik dat ik erin slaag zoveel mogelijk met name oud materiaal op minidisc te zetten. Lekker mono, dus dat is 2 uur op 1 schijfje. Helemaal goed! Als de ontvangst maar een beetje te pruimen is, want erg sterk is de zender, geloof ik, niet. En anders hoop ik dat ik op 1 of andere manier toch aan kopiën kan komen. Oom Bull kreeg destijds de complete uitzendingen van de laatste week, als ik het goed heb. Wat ben ik daar jaloers op.
Bijna is er een kwart eeuw voorbij, sinds die zaterdag. Eigenlijk... mis ik het nog dagelijks. Je hebt alleen de tijd niet om het je te realiseren. En dat kan natuurlijk ook niet. Maar nu die meeuwen weer krijsen op de middengolf, weet ik weer heel precies wat een genot het destijds was. Kunnen we Adje niet voordragen voor de Nobelprijs voor de vrede ofzo?
René van den Abeelen, 19 augustus 1999